Welkom op de website bijbelsdagboek.nl. Elke dag geeft een bijbelgedeelte met een bijbehorende overdenking weer. De bijbeltekst bovenaan geeft een korte samenvatting van het gelezene.
8 februari
„Daarom: ik verkondigde, zonder inzicht, dingen, mij te wonderbaar en die ik niet begreep.” Job 42:3b
Toen Maria, de moeder van de Here Jezus, bij Elisabet binnenkwam, sprak zij na de begroeting een lofzang uit: „Mijn ziel maakt groot de Here”. Maria wist, dat zij gezegend was onder de vrouwen. Hoe het allemaal mogelijk zou worden, begreep Maria niet, maar zij geloofde de engel Gabriël, die haar gezegd had: „Want geen woord, dat van God komt, zal krachteloos wezen” (:37). Omdat Maria deze woorden geloofde, kon zij een lofzang zingen. En zij leefde toe naar de vervulling van de woorden van de engel.
Job kon niet zo’n blijde lofzang zingen! Job heeft zelfs hardop de dag van zijn geboorte vervloekt (Job 3:1). Laten we hem er niet om verachten. God Zelf had tegen de satan gezegd: „Zie, Job zij in uw macht; alleen, spaar zijn leven” (Job 2:6). Daarop sloeg de satan Job met boze zweren, nadat hij al eerder zijn zeven zonen, zijn drie dochters en zijn vee had weggenomen. Job kon niet anders meer doen dan neerzitten in de as, ten teken van verootmoediging en rouw. Zijn vrouw begreep hem niet meer: „Volhardt gij nog in uw vroomheid? Zeg God vaarwel en sterf!” (Job 2:9).
Na eindeloze gesprekken met zijn vrienden kreeg Job antwoord van God Zelf. Deze antwoorden zijn zo indrukwekkend. U moet ze zelf maar lezen in het boek Job. God spreekt zo anders dan dat Jobs vrienden over God spreken. Als God spreekt, beseft Job, dat ook zijn spreken over Hem slechts ijdel gepraat bleek te zijn, zonder werkelijk inzicht.
God had Job in de beproevingen niet alleen gelaten, al dacht iedereen dat.
Nee, in beproevingen zijn maar twee antwoorden mogelijk: of we zeggen God vaarwel of we leren Hem daarin pas echt kennen: „Nu heeft mijn oog U aanschouwd” (Job 42:5).
|